Kosten

Standaard zorgtarief
Voor medicijnen op recept betaalt u, naast de kosten van het medicijn, ook kosten voor de zorg die de apotheek levert; het zogenaamde standaard zorgtarief (standaardterhandstelling van ca. 6 euro). U betaalt voor de zorg die uw apotheker levert, die bestaat uit meerdere veiligheidscontroles. Die vinden voornamelijk achter de schermen plaats, dus daar merkt u niet direct iets van. Iedere keer wanneer u medicijnen op recept ophaalt is de apotheker wettelijk verplicht deze zorg aan u te leveren. U kunt er zo op vertrouwen dat u de medicijnen goed en veilig kunt gebruiken.

Tarief in de Avond, Nacht of op Zondag (ANZ tarief)
De kosten die u maakt in de apotheek bestaan uit kosten voor de geneesmiddelkosten en kosten voor de aflevering door de apotheek.
Het standaard apothekerstarief krijgt bovendien een extra toeslag van ca. € 40,- bij een Avond Nacht Zondag (ANZ) recept. Er is sprake van een ANZ recept indien de apotheek het recept ontvangt vóór 08.00 uur, ná 18 uur, op een zondag óf op een feestdag. Voor middelen die contant afgerekend moeten worden in de apotheek moet de toeslag ook contant afgerekend worden. Voor middelen die we via de zorgverzekering kunnen indienen hoeft u de toeslag niet af te rekenen.
Op alle handverkoopartikelen die gehaald worden tussen 24.00 en 08.00 uur wordt per artikel € 5,- extra in rekening gebracht.

Begeleidingsgesprek Nieuw Geneesmiddel (BNG)
Wat houdt een Begeleidingsgesprek Nieuw Geneesmiddel in?
Als een medicijn voor het eerst wordt uitgegeven moet de apotheek patiënten informeren over het gebruik, de werking, eventuele bijwerkingen en samenhang met andere geneesmiddelen. Dit gesprek is belangrijk omdat verkeerd gebruik van geneesmiddelen schadelijke gevolgen voor u kan hebben. De apotheker geeft praktische informatie, zoals: hoe moet u het medicijn innemen en welke bijwerkingen kunnen er zijn? Ook controleert de apotheker zaken zoals de dosering en de duur van de behandeling. Verder kijkt de apotheker of een geneesmiddel goed samengaat met eventuele andere medicijnen (of zelfzorgmiddelen) die u gebruikt, en of u niet overgevoelig bent voor een van de bestanddelen. U krijgt ook schriftelijke uitleg, in ieder geval een bijsluiter.

Het BNG bestaat uit:

  • een Begeleidingsgesprek Nieuw Geneesmiddel volgens protocol, vóór de start van de betreffende farmacotherapie, met u of uw verzorger. Hierbij worden uw verwachtingen besproken;
  • het aanbieden/verstrekken van aanvullende mondelinge en/of schriftelijke informatie;
  • het vastleggen van de handelingen in het digitale patiëntendossier.

Deze prestatie kan alleen bij het verstrekken van een recept-plichtig geneesmiddel gedeclareerd worden. Het is onderdeel van de prestatie ‘Terhandstelling en begeleidingsgesprek nieuw geneesmiddel’. Uw apotheker of assistent(e) voeren het gesprek volgens de richtlijnen van hun beroepsgroep uit. U kunt de protocollen hiervan vinden op de website van de brancheorganisatie van apothekers, www.knmp.nl.

Begeleidingsgesprek Nieuw Geneesmiddel op uw nota?
In 2016 staat het Begeleidingsgesprek Nieuw Geneesmiddel niet meer apart vermeld op de nota. De kosten van het gesprek worden samengevoegd met de terhandstellingskosten (de reguliere vergoeding aan de apotheek voor de dienstverlening, die bij elke levering in rekening wordt gebracht). Op de nota staat dan ‘Terhandstelling en Begeleidingsgesprek Nieuw Geneesmiddel’ omschreven.

(Bij)betalen bij sommige medicijnen
De apotheek kan de kosten van uw geneesmiddelen in de meeste gevallen rechtstreeks bij de zorgverzekeraar indienen, in dat geval hoeft u niet(s) te betalen.
In sommige gevallen wordt een geneesmiddel niet (volledig) vergoed, dan kan het zijn dat u de rekening hiervoor wel bij ons moet voldoen en daarna zelf moet indienen bij uw zorgverzekeraar (bijvoorbeeld verbandmateriaal of voeding).
Ook geneesmiddelen die vergoed worden via de aanvullende verzekering moeten in de apotheek eerst afgerekend worden. U kunt dan gebruik maken van de pinautomaat of contant afrekenen.

Preferentiebeleid
Bij meerdere geneesmiddelen met dezelfde werkzame stof mag de zorgverzekeraar bepalen welke variant hij vergoedt. Dit is het preferentiebeleid. Een uitzondering geldt bij medische noodzaak.
Doel van het preferentiebeleid is dat geneesmiddelleveranciers concurreren op prijs zodat de totale uitgaven aan geneesmiddelen dalen.

Per werkzame stof 1 preferent geneesmiddel
Zorgverzekeraars mogen aanwijzen welke geneesmiddelen uit het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) zij vergoeden. Dit is geregeld in artikel 2.8 van het Besluit Zorgverzekering. Per werkzame stof of combinatie van werkzame stoffen moet de zorgverzekeraar minimaal 1 preferent geneesmiddel aanwijzen. Sterkte, toedieningsvorm en leverancier (label) mogen hierbij buiten beschouwing worden gelaten.
Een zorgverzekeraar kan er dus voor kiezen van een middel alleen de tabletvorm van 1 mg van leverancier X te vergoeden. Tabletten van 2, 3, en 4 mg, zetpillen, injecties en drankjes van andere leveranciers mogen dan worden uitgesloten van vergoeding. Overigens kan een zorgverzekeraar er ook voor kiezen alle geneesmiddelen uit de basisverzekering te vergoeden. Dan is er feitelijk geen sprake van preferentiebeleid.

Medische noodzaak
Soms is het gebruik van het preferente middel voor een patiënt niet medisch verantwoord. In artikel 2.8 van het Besluit Zorgverzekering is vastgelegd dat de zorgverzekeraar dan een niet-preferent middel moet vergoeden. Voorschrijvers maken dit duidelijk door ‘medische noodzaak’ (‘MN’) op het recept te vermelden. Zorgverzekeraars moeten zelf controleren of er inderdaad sprake is van medische noodzaak en kunnen vragen om aanvullende informatie. Uitgebreide uitleg over het preferentiebeleid vindt u op de website van KNMP.

Informatie over uw rekening/factuur
Heeft u een vraag of opmerking over uw factuur/rekening? Dan kunt u een e-mail sturen naar debiteuren@sahz.nl.